Op allerlei manieren ben ik aan het werk met ons voedselsysteem. Zo veel zelfs dat ik er bijna niet aan toe kom om op deze site wat van mijn werk te laten zien. Hier een denklijn en de samenvatting van 2019.
Het gaat op veel plekken over de voedseltransitie, maar vaak gaat het in de praktijk over ‘een beetje bijsturen’ of ontstaan er grote discussies over wat wel en niet kan. Ik ben daarom gaan tekenen, en heb daarbij de simpelheid hervonden:
Ons eten komt uit de grond, het is dus belangrijk dat de grond waar ons eten in groeit gezond is, dat we voor de grond zorgen vanuit het perspectief van 7 generaties: er komen immers altijd weer mensen en andere levende wezens na ons, die ook willen eten. Ons eten bestaat uit andere planten en dieren, die dus onderdeel zijn van een ecosysteem. Een samenspel van levende wezens. Zowel boven als onder de grond. We moeten dus zorgen dat de biotopen, waarin we ons voedsel kweken levende systemen blijven, die zichzelf in stand kunnen houden, generatie na generatie.
Als mens zijn we onderdeel van deze ecologie. We staan er niet buiten, maar zijn ervan afhankelijk. De omstandigheden verschillen van gebied tot gebied: de Zeeuwse zeeklei biedt een ander biotoop dan het zand van de Veluwe. Het rivierengebied is anders dan het veenweidegebied. Met onze invloed op ons biotoop zijn landschappen ontstaan. Bij het nadenken over ons voedselsysteem is het noodzakelijk aan te sluiten bij de natuurlijke processen in deze landschappen, bijvoorbeeld het voorkomen van water en nutriënten. Verder zijn landschappen belangrijk voor de beleving van mensen zelf. Het is ons thuis.
Als mens hebben we een aantal universele basisbehoeften om gezond en gelukkig te zijn. De vorm waarin deze basisbehoeften er in de praktijk uit kunnen zien kan verschillen, maar wat mensen nodig hebben is: voedsel, een woonomgeving, een gemeenschap waar ze bij horen, affectie van de mensen om ze heen, iets wat ze zinnig vinden om te doen, een manier om bij te dragen aan het geheel en een manier om waardering voor je bijdrage te krijgen. Verder zijn mensen nieuwsgierige wezens die graag iets nieuws uitproberen of leren.
Wat op ons bord ligt is dus een hele krachtige manier om aan transitie te werken. Wat we eten komt ergens uit de grond, uit een landschap een biotoop. We hebben als basisbehoefte om daarin samen te werken met anderen. ons thuis te voelen in de landschappen die ons voeden. We zijn dus in wezen geneigd ons zeer te verbinden met de aarde en de natuur, gewoon via ons eten. Het ‘enige’ dat we hoeven te doen is vanuit deze natuurlijke verbinding onze sociale constructen te herzien: onze economie, onze manier van samenwerken met elkaar en de boeren. Een nieuw verhaal vertellen over hoe het óók kan zijn: je gevoed weten en in saamhorigheid