Als je deze visualisatie doet help je jezelf om overvloed in jezelf toe te staan, te ervaren waar een vrije stroom mogelijk is en patronen rond schaarste en gebrek los te laten. Deze visualisatie hoort bij het traject ‘Schaal van overvloed’: elke twee weken werken we samen aan een thema rond overvloed en geld. 20 januari was de eerste keer.

Zorg dat je ongeveer een half uur de tijd hebt om rustig en ongestoord hiermee bezig te zijn. Ga lekker zitten in een stoel of op een kussentje. Wij hebben deze visualisatie buiten gedaan, dat geeft een prachtige extra dimensie omdat de natuur en de omgeving dan ook meewerken.

Sluit je ogen en breng je aandacht naar binnen. Voel hoe je zit, hoe je billen op de ondergrond rusten, je voeten op de grond. Zucht eens lekker in en uit. Voel hoe je bij het ‘uitzuchten’ zwaar voelt, sta je lichaam toe om het gewicht te laten zakken. Kijk ook naar je schouders, geef ze toestemming om mee te zakken (je ruggengraat laat je wel recht, zonder moeite te doen).

Richt dan je aandacht op je ademhaling, observeer hoe de lucht in- en uitstroomt. Zucht nog eens lekker als je daar behoefte aan hebt. Bedenk dan dat je geen adem hoeft te  halen, het is eerder zo dat ’het’ in jou ademt: het leven ademt in jou. Bekijk hoe dit gebeurt in je lichaam, in en uit, je lichaam zet uit en krimpt in. Besteed extra aandacht aan dat laatste moment van je uitademing waar het overgaat in het moment dat je heel even leeg bent. Dit laatste stukje van je ademhaling is het moment van loslaten. In elke ademhalingscyclus adem je in en bol je op, ben je even vol, loop je leeg en laat je los en ben je tenslotte even helemaal leeg.

Als je deze cyclus een tijdje hebt geobserveerd dan wordt je je bewust dat je lichaam onderdeel is van een ademende bol. Je bent een ademende bol, een levend geheel in een voortdurend proces van in- en uitademen. Vooral in je romp tot en met je hoofd kan je dit goed voelen. Wordt je dan heel bewust van de onderkant van deze bol, in je bekkenbodem. Het gebied van je bekkenbodem, billen en heupen vormt samen de onderkant van deze bol. Ervaar de beweging van de ademhaling in dit gebied.

Breng je aandacht dan naar de inademing, dat moment waarop deze kom of schaal van je bekken vanzelf volloopt en observeer hoe de energie naar binnen stroomt. Bij het uitademen zie je voor je hoe de energie door je bekkenkom wervelt en zich verspreid. Met elke inademing neem je meer energie in je op, je bekken stroomt helemaal vol – neem even de tijd om de kwaliteit van dit volle bekken te ervaren. Voel hoe vol vertrouwen, veiligheid en stevigheid je nu bent.

De stroom gaat verder en vult je buik steeds verder omhoog, wordt gewaar wat er voor stroom is onder je navel, iets stromends, plezierigs misschien?

Verder omhoog voel je boven je navel de stroom, sta jezelf toe zacht te worden in dit gebied.

Maak dan je middenrif zacht, laat de energie (nog steeds op de inademing) nog verder omhoog komen, zachtjes verder uitdijen tot in je hart en je longen. Neem waar wat er in je hart gebeurt: laat de energie daar rondstromen, z’n weg zoeken. Neem jezelf liefdevol en compassievol waar, een zachte stroom, kijk waar die gaat.

En laat de energie dan omhoog komen naar je keelgebied, ook hier kijk je al ademend wat er gebeurt. Ruimte voor woorden die opkomen, je eigen waarheid.

Verbreed dan je aandacht over je hele schoudergebied en verschuif in je adem naar de uitademing, dat punt aan het eind van de uitademing waar het over gaat in leeg zijn. Voel hoe de nieuwe energie die je net hebt ingeademd  je helemaal heeft gevuld, hoe deze overvloed z’n ruimte zoekt. Zoveel ruimte dat je dat wat klaar is – dat wat weg wil stromen – nu  mag laten gaan. Laat alles lekker van je schouders glijden, begeleid jezelf met je adem.

Dan verplaats je je adem een stukje naar beneden, naar de punten van je schouderbladen. Voel ook daar wat er weg wil vloeien en geef het toestemming om te gaan… Rustig ademend. Verder langs je ruggengraat omlaag, naar de rand net boven je bekken. Ook hier laat je gaan, ademend. Nog een stukje lager, ter hoogte van je heiligbeen. Ernaartoe ademend: inademend dijt het een beetje uit, uitademend wordt het wat zachter. Alles laat je wegglijden, en je geniet van de vrijheid in je rug en bekken. De heerlijk gevulde ruimte in je romp.

En dan voel je weer hoe stevig je zit, je begint weer terug te komen: je wrijft je handen, je voeten, je opent je ogen, rekt je lekker uit en begint om je heen te kijken.

Nu kan je jezelf nog een vervolg gunnen op deze overvloedservaring. Je kijkt om je heen naar de kamer waar je bent, of het landschap om je heen als je buiten bent. Je ‘leest’ het landschap als je leven:

  • Waar valt je oog op: wat is er wat nu aandacht vraagt?
  • Waar ervaar je ruimte en overvloed, waar kramp en tekort/schaarste?
  • Is er genoeg/te veel/ te weinig?

Zo neem je een tijdje beelden in je op en laat je de gevoelens die daarbij horen in je opkomen.  Vaak komen er ook woorden op. Neem deze woorden serieus, geef er geen commentaar op. Neem dan de tijd om de beelden en woorden even te noteren.

Dan ga je kijken wat de beelden en woorden je vertellen over je leven, de mate waarin je vrij bent om te doen wat je zou willen, de mate waarin geld je leven bepaalt, of je overvloed ervaart. Wat zijn jouw verhalen over deze thema’s? Hoe stimuleer je jezelf om jezelf ten volle te leven? Wat is de boodschap die langzaam duidelijk wordt uit de beelden en woorden?[1] Vaak komt hier een heldere boodschap uit. Dat is het thema waar je de komende tijd mee aan de slag kan. Niet ‘handelend’ aan de slag, maar ‘luisterend’: je observeert wat er in je leven gebeurt dat hiermee te maken heeft (en je kan hierover schrijven in je dagboek). Het thema werkt als een soort wens: je weet welke kant je op wil en de wens houdt je zo op koers.

Sluit deze oefening af door voor jezelf je thema te ‘verankeren’: je voelt intuïtief voor welke periode dit thema van belang is. Voor die periode neem je een van de meest sprekende beelden als herinneringsitem, een soort knoop in je zakdoek. Je maakt bijvoorbeeld een foto van hetgeen je buiten hebt gezien en zet die foto als achtergrond op een van je beeldschermen, of je zet een foto in de woonkamer. Ook kan je een voorwerp neerzetten of in je zak steken. Elke keer dat je dit voorwerp of de foto ziet wordt je even herinnerd aan je wens en manifesteert dit verder in je leven.

 

de kom maken

de kom maken

 

 

[1] Toelichting: bij deze manier van waarnemen gebruik je de omgeving als spiegel voor wat er in jou plaatsvindt. Datgene waar jouw oog op valt, dat wat jou opvalt, dat zegt namelijk meer over jou, dan over hetgeen je waarneemt. Na zo’n visualisatie is er in je ruimte ontstaan om te luisteren naar je onderbewuste. Je diepere zelf kan je nu wat vertellen over wat je echt nodig hebt. Dat werkt vaak met beelden, losse woorden en gevoelens. Je actieve bewuste zelf (je denken) heeft de neiging te oordelen, strategieen en plannen te maken, te handelen, maar de kunst is het bij dit soort oefeningen echt op de tweede plaats te laten komen. Je intuitie heeft nu even toestemming om voor te gaan. Bij het interpreteren van de metaforen en beelden laat je dus vooral ruimte aan een vervolg en nadere interpretatie van het intuitieve weten, ook als je denken het er niet meteen mee eens is.